Wat is de Milieu Investeringsaftrek en Willekeurige Afschrijving Milieu Investering (MIA + Vamil)
MIA en Vamil zijn twee vergelijkbare regelingen voor Nederlandse bedrijven die in milieuvriendelijke middelen en apparaten investeren. Er zijn verschillende bedrijfsmiddelen waar subsidie voor geldt, die soms onder MIA en soms onder Vamil vallen, afhankelijk van het label in de milieulijst.
Het doel van beide regelingen is het sneller op de markt laten komen van innoverende en milieuvriendelijke installaties. Het verschil tussen de twee subsidies zit hem vooral in de manier waarop de investering fiscaal afgetrokken mag worden.
Waarvoor dient de subsidie?
De MIA en Vamil subsidie is bedoeld voor innovatief gebruik van technologie of inzichten, om een positieve impact te hebben op het milieu. Er zijn in totaal ca. 320 milieuvriendelijke investeringen waarop MIA of Vamil van toepassing is.
Dat laat ook direct het verschil zien met EIA, waar de primaire focus ligt op energiebesparing. MIA/Vamil is primair gericht op een positieve impact op het milieu. Uiteraard kan er wel overlap zijn met energiebesparing.
Voorbeelden van maatregelen die vallen onder MIA/Vamil zijn onder andere een vegetatiedak, circulaire zonnepanelen of een inpandig muurbegroeiing systeem. Maar ook verpakkingsmachines, oplaadpunten voor zware elektrische voertuigen, inzamelinstallatie voor flesjes en blikjes en elektrische voertuigen vallen onder de regeling.
Hoe wordt de subsidie verstrekt?
Zowel MIA als Vamil zijn fiscale aftrekposten. Dat betekent dat de investering eerst van de eigen balans moeten komen. Voor MIA geldt dat maximaal 45% van de investeringskosten voor milieuvriendelijke maatregelen afgetrokken kan worden van de fiscale winst.
Dat is voor maatregelen die bijdragen aan de energietransitie. Andere aftrekpercentages zijn 36% en 27%. Het percentage is afhankelijk van de maatregel die je toepast. Op de Milieulijst vind je terug welke maatregelen vallen onder wel percentage.
Per maatregel is vervolgens een vast percentage vastgesteld dat afgetrokken mag worden. Voor Vamil geldt een aftrekbaar percentage van maximaal 75% van het totale investeringsbedrag, dat vervolgens willekeurig kan worden afgetrokken van de fiscale winst van je onderneming. De overige 25% schrijf je dan op een reguliere manier af.
Om zeker te weten dat het fiscaal aftrekken van de MIA of Vamil subsidie correct gebeurt, is het aan te raden om je boekhouder te laten kijken naar de exacte regels omtrent deze aftrekposten voor jouw onderneming. Op die manier weet je zeker dat je niet teveel betaalt voor de verduurzaming van je bedrijf.
Rekenvoorbeeld MIA
Je bedrijf heeft een fiscale winst van 80.000 euro behaald, waarover je 25% belasting betaalt. Je investeert vervolgens in een bedrijfsmiddel van 50.000 euro dat in de Milieulijst met code D is gelabeld. Een maatregel met label D mag voor 36% worden afgetrokken van de fiscale winst. De fiscale winst wordt nu dus (80.000 – 18.000) € 62.000,-.
Zonder aftrek zou de belasting in totaal (80.000 x 25%) € 20.000 bedragen. Met MIA is dit (62.000 x 25%) € 16.000. Een fiscale winst van € 4.000 is het resultaat.
Rekenvoorbeeld Vamil
Je bedrijf investeert dit jaar in een bedrijfsmiddel dat 60.000 euro kost en valt onder de Vamil regeling. Dit apparaat heeft een levensduur van 10 jaar en geen restwaarde. Zonder Vamil zou je dan jaarlijks (€ 60.000 / 10) € 6.000 kunnen aftrekken van de winst.
Met Vamil kan dat ook in één keer, tot maximaal 75% van het investeringsbedrag. Stel je kiest ervoor om de maximaal aftrekbare 75% in het investeringsjaar van de fiscale winst af te trekken. Dan verlaag je daarmee de winst in dat jaar aanzienlijk en kan het voordeel oplopen.
Hoewel het uiteindelijke fiscale voordeel afhankelijk is van de winst van je onderneming en van andere factoren, kun je ervan uitgaan dat je zo’n 3% voordeel behaalt op het totale investeringsbedrag. Het gebruik van deze regeling vereist goed fiscaal inzicht en daarom is aan te bevelen advies in te winnen bij een boekhouder of fiscalist.